Dragon Quest VI: Realms of Reverie
Denken we aan Japan en RPG’s samen, dan leggen we al snel de link met Final Fantasy, maar mocht je hetzelfde vragen aan een Japanner dan zou hij toch een heel ander antwoord geven: Dragon Quest. De game is al jaren beroemd in Japan en heeft daar zelfs zijn eigen pretpark. Dragon Quest IX is onlangs door Nintendo naar het Westen gebracht en het stak enkele goede reviews in zijn zak. Reden temeer dus voor Nintendo om ook de remake van deel VI richting Europa en Amerika te verschepen.
De wereld en zijn verhaal
In iedere Dragon Quest moet je de wereld verlossen van het grote kwaad en ook in deel zes is dit niet anders. Je bent een jonge krijger die een klein dorpje wilt beschermen van één of andere demoon, maar tijdens je reis om dit gedrocht van de wereld te zuiveren kom je al snel tot ontdekking dat je eigenlijk in een soort spiegelwereld terecht bent gekomen waar je via fantasieën vrede kunt creëren. Tijdens je queeste zul je nieuwe leden aan je groep moeten toevoegen, terwijl je tussen de echte en de spiegelwereld reist om de geheimen van dit alles te ontrafelen.
Zoals het traditioneel is voor een RPG heeft Dragon Quest VI een immense wereld, en in dit geval twee keer aangezien er ook een spiegelwereld is. De game bevat naast de hoofdqueeste ook nog meer dan dertig soorten steden en dorpjes. Ieder nieuw gebied dat je betreedt heeft zijn eigen verhaal. Los je hier een bepaalde puzzel op, dan kan dit een effect teweeg brengen in de andere wereld. Mocht je het even allemaal niet meer weten in welke wereld je moet zijn of wat je precies moet doen, dan kun je altijd een babbeltje slaan met de inboorlingen of je partyleden. Zij zullen hints en tips geven over wat je als volgende moet doen en hoe je er kunt geraken.
Traditionele gevechten
De Dragon Quest-reeks is doorheen de jaren maar weinig veranderd en aangezien Realms of Reverie een remake is van een vijftien jaar oude game mag je niet direct een grootschalig vechtsysteem verwachten. Tijdens het reizen en ontdekken zul je vanuit het niets aangevallen worden door de vreemdste vijanden: van slijmpjes tot dieven en demonen, je zult ze allemaal tegenkomen. De ontwikkelaars gebruiken een klassiek turn-based-systeem waarin je een aanval of item voor ieder karakter uitkiest en vervolgens alles na elkaar laat aanvallen. Een uniek aspect dat hier echter naar voren komt is de mogelijkheid om in een gevecht van personage te wisselen (als je die ter beschikking hebt). Zo kan je voor ieder soort gevecht wel een ideaal team opbouwen en op alles voorbereid zijn.
Wat ook weer van de partij is, zijn de verschillende klassen die je kan kiezen. In een speciale inn kun je voor ieder personage een klasse kiezen om zo een team te krijgen dat alle nodige krijgers, magiërs en healers heeft. Als je bepaalde klassen volledig weet te beheersen speel je een krachtige variant daarvan vrij, waarmee je de boel nog meer op stelten kunt zetten. Zo hebben wij eerst een mage sterker gemaakt en vervolgens een priest, waardoor we later toegang kregen tot de sage-klasse. Een handige teamgenoot om de latere vijanden makkelijker op hun knieën te krijgen.
Een snelle port?
Aangezien tijden veranderen heeft Square Enix hier en daar gesleuteld aan Dragon Quest VI. Om het geheel wat mooier te doen overkomen heeft de wereld heeft een grafische facelift gekregen. Daarnaast wordt erg goed gebruik gemaakt van de twee schermen om de omgeving weer te geven. In dorpjes kun je zelfs de camera draaien om zo ieder huisje of object in een soort van semi-3D te bekijken. Helaas hebben ze wel het één en ander vergeten: tijdens de gevechten zie je namelijk enkel je vijanden en slechts portretten van je eigen karakters. Soms zie je dat wel nog in andere RPG’s zoals Etrian Odyssey 3, maar toch zou het fijner geweest zijn mocht je jouw eigen personages kunnen bewonderen, zien hoe ze de vijanden tot pulp slaan en welke uitrusting ze nu net aanhebben.
Een ander minpunt aan Dragon Quest VI is het gebruik van het touchscreen, of beter gezegd het niet gebruiken daarvan. Het wordt enkel gebruikt om mooie taferelen richting de speler te smijten, maar je kan niet via het touchscreen door menu’s gaan, rondlopen of zelfs nog maar tikken om verder te praten. Het enige waar het touchscreen voor gebruikt wordt zijn de kleine minigames die je zo nu en dan eens tegenkomt tijdens je reis, maar deze zijn niet echt de moeite om je er lang genoeg mee bezig te houden.
Ook het ouderwetse inventory-systeem kan wel een update gebruiken. Je moet vaak door talloze menu’s bladeren om bij dat ene item of die speciale spreuk te geraken en alles gaat tergend traag en ziet er niet al te bijzonder uit. Hier had de ontwikkelaar perfect het touchscreen voor kunnen gebruiken en daarnaast had een nieuw laagje verf ook niet misstaan. Vele voorgaande RPG’s (gek genoeg zelfs Dragon Quest IX) maken hier gebruik van, dus hadden ze toch even naar dit irritante fenomeen kunnen kijken.
- Vechtsysteem met een twist
- Klassensysteem
- Twee schermen zorgen voor mooie taferelen
- Voelt oud aan
- Mist touchscreen-ondersteuning